donderdag 5 februari 2015

Portugal, Marokko

Een zwaar stuk zeilen was tussen Vilamoura (Portugal) en Mohammedia (Marokko). Eenmaal een paar mijl de kust uit en de Atlantische deining zwelgt ons op. Met de zuidelijke wind die er stond de voorbije dagen ontstaan er kruiszeeën die hoog oplopen.
Meestal zijn we na een tijdje aan de wal gebleven te zijn licht ongemakkelijk, maar deze keer bleef het maar duren, op de rand van zeeziekte af.
Grijze lucht, Cub wolken, regenbuien, windstoten tot 7bf, cargotraffic van en naar de straat van Gibraltar, ... brekers binnen in de kuip, reven: erin, eruit, soms eens alle reven erin, de genua die tegen zijn neuten krijgt, de mast die trilt... op bepaald moment denk je met wat ben ik in godsnaam begonnen. 
Het is je hoofd erbij houden, al is het tegen de zin maar je moet eten en drinken om niet in een “darn” fase te geraken.
Eén ding: het schip loopt, de koers is bezeilbaar, en we naderen enfin doel. Weerom bij nacht draaien we langs de lange havenmuur binnen, we passeren kleine vissersbootjes met als navigatieverlichting ronddraaiende ledlampjes in roze en blauw, welkom in Marokko……

Het is wat zoeken naar de marina, het is kijken naar waar de masten ergens uitsteken. Een zeilboot vaart buiten, er wordt heen en weer geroepen, een hoop jachten deinen als een klomp wrakken bij elkaar. Een stem roept: "C’est quoi votre tirant d’eau?"  "Deux metres." "Pas de place pour vous."
Na 220 mijl, compleet op, buitenvliegen. Naar Casablanca? Niet mogelijk, de haven is voor jachten gesloten. Waarheen dan? "Derriere le feu rouge." OK, voor anker dan maar net achter de kleine havenmuur. Er ligt nog een jacht en dat stemt wat geruster.
Het punt is dat de weersomstandigheden slecht gaan worden. De volgende morgen proberen we de dinghy op te blazen maar er zat duidelijk een gat in de romp, je zag de luchtbellen  als spa reine mineraalwater vanonder de waterlijn komen.
Project aan wal gaan  wordt afgeblazen, de bijboot moet gerepareerd, dat zal nog een dagje duren.

We zijn dus niet aan wal geraakt, geen Marokkaanse aarde onder ons voeten gevoeld.
De dagen daarop zien we de swell achter de grote buitenmuur binnenlopen: bergen watermassa die zich iets verder tegen de wal gooien in een mist van zoutnevel.
Juist  wanneer je denkt dat niemand zal buitenvaren, toch één gekend jachtje dat het zeegat zoekt, hun verhaal horen we later.

  

1 opmerking: